zenuwtrekking

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ze·nuw·trek·king
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zenuwtrekking zenuwtrekkingen
verkleinwoord zenuwtrekkinkje zenuwtrekkinkjes

Zelfstandig naamwoord

de zenuwtrekkingv

  1. onwillekeurige spiertrekking die men maakt bij psychische spanning, uit gewoonte of door een neurologische aandoening
    • Het voordeel van poker is dat u de tegenstander recht in de ogen kunt kijken. Een aarzeling bij het inzetten, een zenuwtrekje rond de ogen of een trillende hand kan extra informatie geven. De trader is overgeleverd aan een speler met de perfecte pokerface: de anonieme markt.[2] 
    • Onder het genot van een wijntje en goede vrienden kan ik heel prima een anekdote vertellen. Maar zodra er een microfoon verwachtingsvol voor mijn gezicht wordt gehouden, krijg ik een loopneus en heb ik acuut moeite om goedlopende zinnen te formuleren. Of heb ik ineens last van een zenuwtrekje waardoor ik als een neuroot heel druk aan mijn haar moet friemelen.[3] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. de Telegraaf ROMBOUT KERSTENS 11 nov. 2014
  3. de Telegraaf 29 mrt. 2014