zagen neer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zagen neer (hulp, bestand)
- IPA: / ˈzaɣə(n) ˈner / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- za·gen neer
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
neerzien |
zagen (…) neer
- meervoud verleden tijd van neerzien
- Wij zagen neer.
- Jullie zagen neer.
- Zij zagen neer.
- Wij zagen neer.
Gangbaarheid
- Het woord zagen neer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.