wolvin
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: wolvin (hulp, bestand)
- IPA: /wɔlˈvɪn/
- (Noord-Nederland): /ʋɔlˈvɪn/, /ʋɔɫˈfɪn/
- (Limburg): /wɔlˈvɪn/
Woordafbreking
- wol·vin
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘wijfjeswolf’ voor het eerst aangetroffen in 1287 [1]
- Afgeleid van wolf met het achtervoegsel -in
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wolvin | wolvinnen |
verkleinwoord | wolvinnetje | wolvinnetjes |
Zelfstandig naamwoord
wolvin v
- (hondachtigen) vrouwelijke wolf
Vertalingen
vrouwelijke wolf
Gangbaarheid
- Het woord wolvin staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "wolvin" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -in in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Hondachtigen in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 95 %
- Prevalentie Vlaanderen 96 %