vaargeul
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vaargeul (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /ˈvarχʏːɫ/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈvarɣøːl/
Woordafbreking
- vaar·geul
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vaar ww en geul
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vaargeul | vaargeulen |
verkleinwoord | vaargeultje | vaargeultjes |
Zelfstandig naamwoord
- een relatief smalle strook in een groter water die geschikt is om te bevaren
- De botsing was ontstaan doordat het kleine schip de vaargeul niet had opgemerkt.
- een strook bevaarbaar water tussen twee zandbanken
- Bij eb werd de vaargeul bijzonder smal, maar gelukkig waren de zandbanken goed zichtbaar.
Hyperoniemen
Vertalingen
1. een relatief smalle strook in een groter water die geschikt is om te bevaren
2. een strook bevaarbaar water tussen twee zandbanken
Gangbaarheid
- Het woord vaargeul staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "vaargeul" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 96 %
- Prevalentie Vlaanderen 88 %