tarbotachtigen
Uiterlijk


- (IPA in voorbereiding)
- tar·bot·ach·ti·gen
- tarbotachtig bn met de uitgang -en
- tarbotachtige zn met de uitgang -n
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tarbotachtigen | |
verkleinwoord |
de tarbotachtigen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord tarbotachtige
- meervoudsvorm als officiële benaming (straalvinnigen) een familie Scophthalmidae
in de orde van de platvissen (Pleuronectiformes
)
- Het woord 'tarbotachtigen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 14
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Meervoudsvorm binnen nomenclatuur in het Nederlands
- Straalvinnigen in het Nederlands
- Vissen in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal