selderie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sel·de·rie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘plant’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1635 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord selderie -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de selderiem

  1. tuinkruid, vergelijkbaar met peterselie, maar dan met een veel sterkere smaak
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

93 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen