polsslag

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pols·slag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord polsslag polsslagen
verkleinwoord polsslagje polsslagjes

Zelfstandig naamwoord

de polsslagm

  1. (medisch) voelbare hartslag aan de pols
  2. (sport) korte slag vanuit de polsen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen