plasma
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- plas·ma
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘vloeibaar deel van bloed e.d.’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | plasma | plasma's |
verkleinwoord | plasmaatje | plasmaatjes |
Zelfstandig naamwoord
plasma o
- (natuurkunde) een geïoniseerd gas
- Sterren bestaan uit hete plasma's waarin kernreacties plaatsvinden.
- (biologie) de vloeistof waarin zich de rode en witte bloedcellen bevinden
- (biologie) de vloeibare inhoud van een cel
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord plasma staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "plasma" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "plasma" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ plasma op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be