pestbui
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pest·bui
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van pest ww en bui
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pestbui | pestbuien |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- slecht humeur waar zowel degene die dit humeur heeft als de omgeving last van heeft
- Soms heb ik een pestbui, dan maak ik sombere schilderijen in donkere kleuren. Als ik vrolijk ben, kijk ik weer anders naar de wereld, en dat zie je ook aan mijn schilderijen.” [1]
Synoniemen
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord pestbui staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "pestbui" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ NRC Ilse van der Velden 2 mei 1997
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be