parkhoningeter
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- park·ho·ning·eter
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van park en honingeter zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | parkhoningeter | parkhoningeters |
verkleinwoord | parkhoningetertje | parkhoningetertjes |
Zelfstandig naamwoord
de parkhoningeter m
- (zangvogels) Lichmera indistincta een zangvogel uit de familie Meliphagidae (honingeters). Deze soort telt vijf ondersoorten
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Gangbaarheid
- Het woord 'parkhoningeter' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.