overzichtelijk

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  overzichtelijk    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• over·zich·te·lijk

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van overzicht met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	overzichtelijk	overzichtelijker	overzichtelijkst
verbogen	overzichtelijke	overzichtelijkere	overzichtelijkste
partitief	overzichtelijks	overzichtelijkers	-

Bijvoeglijk naamwoord

overzichtelijk

1. goed te overzien

   • De lijn van Saelens is simpel en overzichtelijk: direct knallen. „Throw the bomb in the first day of the war!” („Laat de bom op de eerste dag van de oorlog vallen!”) Dan haal je als partij het initiatief naar je toe. En een winnende partij beheerst volgens Saelens de (sociale) media en is dan leidend.  
   • De kaart van de Londense metro is heel overzichtelijk. 
   • Door het kappen van de bomen werd de weg een stuk overzichtelijker 

Synoniemen

• schematisch, duidelijk, heler, simplistisch

Verwante begrippen

• synoptisch, tabellarisch

Antoniemen

• onoverzichtelijk

Afgeleide begrippen

• overzichtelijkheid

Vertalingen

    1.   

Spaans: sinóptico (es)

Gangbaarheid

• Het woord overzichtelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.