nierziekte

Uit WikiWoordenboek


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • nier·ziek·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nierziekte nierziekten
nierziektes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

nierziekte v [1]

  1. ziekte waarbij een of beide nieren zijn aangetast
     In hun tijd samen kreeg Rob een ernstige nierziekte - wat leidde tot een donornier - en twee keer lymfeklierkanker.[2]
     Van Gessel heeft sinds 2017 een nierziekte, die zich ontwikkelde tijdens de zwangerschap van haar eerste kindje.[3]
Synoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink Weblink bron
    Hanneke van Houwelingen
    “Heel Texel zamelt geld in voor de dure behandeling van Rob” (18-12-2018), Tubantia
  3. Bronlink Weblink bron
    Marian Fix
    “Zwolse nierpatiënte wil in 2020 weer de Acht van Apeldoorn lopen: hopelijk met een nieuwe nier” (3 feb. 2019), Tubantia