narazit

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /narazɪt/

Woordafbreking

• na·ra·zit

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van het werkwoord razit met het voorvoegsel na-

Werkwoord

narazit perfectief   

1. botsen, stoten, opbotsen

Vervoeging

		enkelvoud	meervoud
eerste persoon		narazím	narazíme
tweede persoon	informeel	narazíš	narazíte
	formeel	narazíte
derde persoon		narazí	narazí

Schrijfwijzen

• Oude schrijfwijze: naraziti perfectief

Synoniemen

• narážet imperfectief
• uhodit
• udeřit
• vrazit
• bouchnout

Afgeleide begrippen

• naražení o

Typische woordcombinaties

• narazit se perfectief
• narazit si perfectief

Verwante begrippen

náraz naráz narážka v

nárazový nárazově (bw.) nárazník m

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)