nap
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
![]() |
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- nap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | nap | nappen |
verkleinwoord | napje | napjes |
Zelfstandig naamwoord
nap m
- een houten kom
- een diepe schotel
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord nap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "nap" herkend door:
73 % | van de Nederlanders; |
72 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ "nap" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ nap op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Engels
Uitspraak
- IPA: /nap/
enkelvoud | meervoud |
---|---|
nap | naps |
Zelfstandig naamwoord
nap
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to nap |
he/she/it | naps |
verleden tijd | napped |
voltooid deelwoord |
napped |
onvoltooid deelwoord |
napping |
gebiedende wijs | nap |
Werkwoord
nap
- een dutje doen
Hongaars
Uitspraak
- IPA: /ˈnɒp/
Zelfstandig naamwoord
nap
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 3
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 73 %
- Prevalentie Vlaanderen 72 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 3
- Woorden in het Engels met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Werkwoord in het Engels
- Woorden in het Hongaars
- Woorden in het Hongaars met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Hongaars