mesen

Uit WikiWoordenboek

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • me·sen
Woordherkomst en -opbouw
  • Benoemd na de Romeinse rijke Gaius Cilnius Maecenas
Naar frequentie 58114
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   mesén     mesénen     meséner     mesénene  
genitief   meséns     mesénens     meséners     mesénenes  

Zelfstandig naamwoord

mesen, m

  1. (kunst), (wetenschap) beschermheer, beschermvrouw, mecenas, beschermer, beschermster, patroon
Schrijfwijzen
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Meer informatie


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • me·sen
Woordherkomst en -opbouw
  • Benoemd na de Romeinse rijke Gaius Cilnius Maecenas
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   mesen     mesenen     mesenar     mesenane  

Zelfstandig naamwoord

mesen, m

  1. (kunst), (wetenschap) beschermheer, beschermvrouw, mecenas, beschermer, beschermster, patroon
Afgeleide begrippen

Meer informatie


Spaans

Werkwoord

vervoeging van
mesar

mesen

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van mesar
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van mesar
vervoeging van
mesarse

mesen

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van mesarse
  2. gebiedende wijs (ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van mesarse