mariabiscuit
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: mariabiscuit (hulp, bestand)
- IPA: / maˈrijabɪsˌkwi / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- ma·ria·bis·cuit
Woordherkomst en -opbouw
- eponiem samenstelling van Maria en en biscuit zn , in 1874 door de Londens bakkerij Peek Freans genoemd naar de Russische prinses Maria ter gelegenheid van haar huwelijk met Britse prins Alfred , geschreven met een kleine letter volgens spellingregel 16.D
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | mariabiscuit | mariabiscuits |
verkleinwoord | mariabiscuitje | mariabiscuitjes |
Zelfstandig naamwoord
- (kookkunst) droog, zoet koekje van dubbel gebakken tarwebloem, dat bij koffie of thee kan worden geserveerd
- ▸ Maar na een paar minuten, terwijl overal om ons heen de vogels fluiten, vertelt Korthals Altes op het terras bij een kopje thee met mariabiscuit wat hem heeft bewogen dit paradijsje vaarwel te zeggen.[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord mariabiscuit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Marc LeijendekkerDe ommekeer van ex-ambassadeur Edy Korthals Altes : Ik kies voor het leven, en niet voor de dood in: NRC Handelsblad, jrg. 16 nr. 243 (16 juli 1986), Nieuwe Rotterdamse Courant, Rotterdam, p. 7 kol. 1
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 5 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Eponiem in het Nederlands
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Kookkunst in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal