lokalisme
Uiterlijk
- lo·ka·lis·me
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lokalisme | - |
verkleinwoord | - | - |
het lokalisme o
- opvatting dat de eigen woonplaats de voorkeur verdient
- Het is naar mijn mening dan ook in dit opzicht dat wij ons verbonden voelen met het karakter van Rotterdam. Hoewel ik als geen ander het gevaar besef van de clichés die ik in het eerste gedeelte van dit betoog bestreden heb, denk ik dat Passionate uit het ruwe, directe taalgebruik en de afkeer van opgeblazen pretenties en elitair handelen inspiratie kan opdoen. Zonder nu een enge vorm van lokalisme aan te hangen, zal dit het uitgangspunt van het tijdschrift moeten zijn. [1]
- Hij die rechtvaardig was omtrent de zijnen, en onrechtvaardig jegens anderen, die blind was omtrent de verdiensten van vreemdelingen, en de gebreken van zijn vaderland voor deugden hield, wierd een beminnaar van zijn vaderland genoemd. — En waarom zou men toen deze liefde nog niet naauwer beperken? Waarom zou men dezelve toen niet bepaalen tot leden van dezelfde stad, of wel van hetzelfde huisgezin? Waarom zou elk toen zich zelven maar niet alleen beminnen? Ook zag men toen uit de liefde tot zijn vaderland, de zugt voor zijne geboorteplaats (localisme) voor zijne famielie en voor zich zelven geboren worden. En dus was de oorsprong der staaten, der regeeringsvormen, en den burgerlijke maatschappijën, het zaad der tweedragt, en de vaderlandsliefde vond hare straf in zich zelve.... [2]
- (politiek) opvatting dat de eigen plaatselijke gemeenschap de voornaamste eenheid in het staatsbestel is of hoort te zijn
- De Staatsregeling van 1798 maakte ook korte metten met de democratische experimenten op plaatselijk niveau van de afgelopen drie jaar, een basisme dat beschouwd mag worden als de voortzetting van het politieke lokalisme uit de patriottentijd. Uit naam van de eenheid werd nu aan deze politisering op plaatselijk niveau een eind gemaakt. [3]
- (economie) streven naar plaatselijke zelfvoorziening
- Maar toen ik hier kwam dacht ik: ik wil iets maken waarbij ik alleen werk met mensen van het dorp, in het dorp. Om lokale mensen een beter leven te laten krijgen - in Brazilië is veel armoede. (…) Het heeft niks te maken met bling en overconsumptie, maar met lokalisme en een heel humane manier van toerisme. [4]
- localisme (officiële spelling tot 1955, toegelaten in de officiële spelling tot 1996)
- Het woord 'lokalisme' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Strien, G. van"Onder 1 hoedje?" in: Passionate. jrg. 3 nr. 6 (juni 1996) Stichting Passionate, Rotterdam; p. 53; geraadpleegd 2018-12-03
- ↑ BarruelGedenkschriften om te dienen tot de geschiedenis der Jacobijnen. Deel 3 (1800) P. Fauché, Hamburg; p. 179; (oudste vindplaats op Delpher) geraadpleegd 2018-12-03
- ↑ Sas, N.C.F. vanDe metamorfose van Nederland. Van oude orde naar moderniteit, 1750-1900. (2004) Amsterdam University Press, Amsterdam; ISBN 90 5356 675 9; p. 85; geraadpleegd 2018-12-03
- ↑ Das, W.geciteerd in:Pisters, C."Designer in de jungle" in: Provinciale Zeeuwse Courant jrg. 258 nr. 238 (8 oktober 2016); p. 91, kol. 2; p. 85; geraadpleegd 2018-12-03
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -isme in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Politiek in het Nederlands
- Economie in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal