lokaliseren
Uiterlijk
- Geluid: lokaliseren (hulp, bestand)
- lo·ka·li·se·ren
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘tot een plaats beperken, een plaats toekennen’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
- afgeleid van het Franse localiser (met het achtervoegsel -iseren)
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
lokaliseren |
lokaliseerde |
gelokaliseerd |
zwak -d | volledig |
lokaliseren
- overgankelijk afbakenen
- de plaats vaststellen van
- ▸ In 2018 ontdekte een door het Europees ruimteagentschap (ESA) aangestuurde sonde water onder het ijs van de zuidpool van de planeet. Het lokaliseren van ondergronds water vormt de sleutel bij het bepalen van de mogelijkheden tot leven op Mars, evenals bij het vaststellen of het een permanente bron voor een verkenning door mensen kan vormen.[2]
2. de plaats vaststellen van
- Het woord lokaliseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "lokaliseren" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ "lokaliseren" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Weblink bron “Chinees ruimtevaartuig verzamelt beelden van zuidpool op Mars” (29 juni 2022), NU.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -iseren in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %