Naar inhoud springen

kwantisatie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kwan·ti·sa·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kwantisatie kwantisaties
verkleinwoord kwantisatietje kwantisatietjes

Zelfstandig naamwoord

kwantisatie

  1. het kwantiseren
  2. (informatica) (elektronica) het digitaliseren van analoge signalen
  3. (taalkunde) verschijnsel dat iets dat wel waar is voor een taaluiting of entiteit als geheel niet waar is voor één of meerdere onderdelen van de taaluiting of entiteit
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid