konstabel

Uit WikiWoordenboek
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: constable


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kon·sta·bel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord konstabel konstabels
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de konstabelm

  1. (militair) militair die voor geschut verantwoordelijk is
    1. (historisch) (militair) (Koninklijke Marine tot 2014) onderofficier die voor de artillerie op een schip zorgde
      • Vice-admiraal Borsboom stond in zijn toespraak stil bij het verlies van oude geuzennamen als vonkenboer (elektricien), konstabel (artillerist) en torpedomaker. "Die vakken vallen nu onder één noemer, maar de inventiviteit en het vernieuwende vermogen van de Technische Dienst blijven bestaan." [4]
    2. (historisch) scheepsofficier belast met de zorg voor geschut en munitie, zowel bij marine als koopvaardij
      • Een laag eronder stuitten de archeologen op de cabine van de konstabel, die voor het geschut en de munitie zorgde, en vonden daar onder meer vijftig musketten. [5]
      • Schrijver bekwam intusschen aanmerkelijke schade en liep (niettegenstaande de heldhaftigste tegenweer) eenige oogenblikken gevaar het onderspit te delven. Het denkbeeld van een slaaf der bloeddorstige Algerijnen te worden, was hem ondragelijk. In dezen uitersten nood laat hij zijnen konstabel, in wien hij een groot vertrouwen stelde bij zich komen, hem bevelende; zich met eene brandende lont bij de kruidkamer te plaatsen, en den rooden haan in het buskruid te werpen, zoodra hij hem driemaal met den voet op het dek hoorde stampen. De konstabel hoorde bedaard dit bevel aan en vertrok, onder de betuiging, dat hij den last van zijnen bevelhebber getrouw zoude nakomen. [6]
    3. (historisch) kanonnier
  2. (scheepvaart) functionaris die verantwoordelijk is voor de beveiliging
  3. (historisch) adellijke functie in Vlaanderen
    • (…) de burggraven, die in het binnenland als vertegenwoordigers van de graaf zijn burchten verdedigden, en aan de hoven van de adellijke families die de vier erfelijke hofambten van Vlaanderen (konstabel, seneschalk, schenker en kamerling) bekleedden. [7]
  4. Nederlandse benaming voor functionarissen met een titel in een vreemde taal die dezelfde herkomst heeft
    1. (Britse) politieagent
      • "Ik ga dat tuig aangeven! Ik zal ze hun lesje wel instampen!"
        - "Heb je het kenteken?"
        "Natuurlijk."
        Zij begon te bellen. Inderdaad - natuurlijk, dacht ik. Iemand anders niet maar Thyrza wel. Ik luisterde hoe een onfortuinlijke konstabel abrupt tot de orde werd geroepen; zij was niet tevreden voor de politieauto's uitrukten.
         [8]
    2. (Amerikaanse) functionaris die bij de plaatselijke rechtbanken de orde handhaaft of uitspraken van de rechter kenbaar maakt
    3. (historisch) (Franse) legeraanvoerder

Gangbaarheid

37 % van de Nederlanders;
26 % van de Vlamingen.[9]

Verwijzingen


Deens

Zelfstandig naamwoord

konstabel m

  1. (militair) rang voor beroepssoldaten bij de Deense krijgsmachtonderdelen

Meer informatie

Verwijzingen