kleine rog

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

kleine rog
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • klei·ne rog
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kleine rog kleine roggen
verkleinwoord klein roggetje kleine roggetjes

Zelfstandig naamwoord

de kleine rogm

  1. (kraakbeenvissen) Leucoraja erinacea op Wikispecies een rog uit de familie Rajidae op Wikispecies. Deze kraakbeenvis komt voor in kustwateren met een grind- of zandbodem, in het westelijk deel van de Atlantische Oceaan van Nova Scotia op Wikipedia (nl) tot Noord-Carolina. De kleine rog is 40 tot 50 cm groot, maar kan de 54 cm bereiken. De kleur varieert van grijsachtig tot verschillende schakeringen bruin, waarbij de randen lichter zijn dan het midden op de rug. De meeste kleine roggen hebben donkere stippels op de rug. De onderzijde is wit of grijs
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie