kleine reuzenzakdrager

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • klei·ne reu·zen·zak·dra·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kleine reuzenzakdrager kleine reuzenzakdragers
verkleinwoord klein reuzenzakdragertje kleine reuzenzakdragertjes

Zelfstandig naamwoord

de kleine reuzenzakdragerm

  1. (vlinders) Canephora hirsuta op Wikispecies een nachtvlinder uit de familie zakjesdragers (Psychidae). Het volwassen vrouwtje is vleugelloos, ook de pootjes zijn tot stompjes gedegenereerd. De spanwijdte van het mannetje bedraagt 20 tot 25 millimeter. De habitat bestaat uit open droog landschap. De soort komt verspreid over het vasteland van Europa voor
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie