inspanning
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: inspanning (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·span·ning
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van inspannen met het achtervoegsel -ing.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | inspanning | inspanningen |
verkleinwoord | inspanninkje | inspanninkjes |
Zelfstandig naamwoord
inspanning v
- de fysieke moeite die men voor iets doet
- De wandeling naar de top van de berg was een hele inspanning.
- ▸ De combinatie van de fysieke inspanning en de leegte in je hoofd is betoverend.[1]
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. de fysieke moeite die men voor iets doet
|
Gangbaarheid
- Het woord inspanning staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "inspanning" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018),
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be