Naar inhoud springen

inconsistent

Uit WikiWoordenboek
  • in·con·sis·tent
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen inconsistentinconsistenterinconsistentst
verbogen inconsistenteinconsistentereinconsistentste
partitief inconsistentsinconsistenters-

inconsistent

  1. met weinig samenhang, met zichzelf in tegenspraak
    • Junghuhn was in veel opzichten een misantroop maar hij was ook emotioneel even inconsistent als ieder van ons: hij haakte naar eenzaamheid maar onderging het alleenzijn niet met genoegen. [1]
97 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[3]


stellend vergrotend overtreffend
inconsistentmore inconsistentmost inconsistent

inconsistent

  1. inconsequent, tegenstrijdig