idioom
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- idi·oom
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans of Latijn, in de betekenis van ‘bijzondere eigenaardigheid van een taal’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1824 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | idioom | idiomen |
verkleinwoord | idioompje | idioompjes |
Zelfstandig naamwoord
idioom o
- een bijzondere uitdrukking in een bepaalde taal die samengesteld is door eigenaardig taalgebruik
- Die tekst zat vol met mooie idiomen.
Synoniemen
Vertalingen
1. een bijzondere uitdrukking in een bepaalde taal die samengesteld is door eigenaardig taalgebruik
Gangbaarheid
- Het woord idioom staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "idioom" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
80 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.