hulpkok
Uiterlijk
- hulp·kok
- samenstelling van hulp zn en kok zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hulpkok | hulpkoks |
verkleinwoord |
de hulpkok m
- (beroep) iemand die de chef-kok ondersteunt bij het bereiden van gerechten
- Pikoteo komt van picotear en staat voor het delen van gerechten - en dat is precies wat de mensen van Pikoteo voor ogen hebben. Een paar maanden geleden begonnen de manager en de chef (de laatste was vroeger hulpkok bij de Librije en later chef bij Hugo’s Bar & Kitchen) voor zichzelf in een voormalig bruin café aan de Houtmankade in de Zeeheldenbuurt. Het was zo’n café dat naar rook en verschaald bier stonk en waar alles draaide om de voetbaluitslagen, maar nu is het pand fris en modern. Aan de houten tafels staan vrolijk gekleurde stoelen en het licht valt met bakken naar binnen. Goede sfeer, fijne plek. [1]
- ▸ “De algemene vakken volgen die jongeren in een CVO (Centrum Voor Volwassenenonderwijs, red.), wij zorgen voor de beroepsspecifieke opleiding. Assistent-boekhouder is zo'n opleiding, net als hulpkok.”[2]
- Het woord hulpkok staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hulpkok" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ NRC Petra Possel 26 februari 2016
- ↑ Weblink bron wv“VDAB-competentiecentra: opleiding op maat” (04/07/2015), De Standaard
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 of 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Beroep in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %