grijpstuiver
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- grijp·stui·ver
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van grijp zn en stuiver
Oorspronkelijk refereerde een grijpstuiver naar het muntje met een afbeelding van een grijp (‘griffioen’) erop.[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grijpstuiver | grijpstuivers |
verkleinwoord | grijpstuivertje | grijpstuivertjes |
Zelfstandig naamwoord
grijpstuiver m
- een onbeduidend bedrag
- Hij verdiende er een grijpstuiver aan en had er veel kommer van.
Gangbaarheid
- Het woord grijpstuiver staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'grijpstuiver' herkend door:
89 % | van de Nederlanders; |
45 % | van de Vlamingen. |