fail

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fail
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fail fails
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de failm

  1. (informeel) opvallende mislukking
     De plaatjes en foto’s die op deze site staan, beelden allemaal een fail uit. Aangezien de kracht van de misser vaak in het beeld ligt, is het moeilijk, zo niet onmogelijk, om van elk een goede beschrijving van te geven.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 10 mei 2021 Weblink bron “3 kijken” (2 juli 2008) op nrc.nl


Engels

Uitspraak
vervoeging
onbepaalde wijs to  fail 
he/she/it  fails 
verleden tijd  failed 
voltooid
deelwoord
 failed 
onvoltooid
deelwoord
 failing 
gebiedende wijs  fail 

Werkwoord

fail

  1. mislukken
  2. zakken