dorpskroeg

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

dorpskroeg
Uitspraak
Woordafbreking
  • dorps·kroeg
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dorpskroeg dorpskroegen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de dorpskroegv / m

  1. (horeca) café voor dorpsbewoners gelokaliseerd in een dorp
     Overigens maken mensen niet alleen melding van verboden groepsvorming. Bij Meld Misdaad Anoniem trokken de afgelopen week tientallen mensen aan de bel over "bedrijfsmatige" overtredingen, vertelde woordvoerder Marc Janssen vanmorgen in het NOS Radio 1 Journaal. "Denk aan de dorpskroeg die openblijft en waarbij stamgasten via de achterdeur naar binnen mogen komen. Of aan andere ondernemers die klanten blijven ontvangen, van sportscholen en nagelstudio's tot aan prostituees."[1]
     Maar op een aantal plekken is er hoop. In sommige dorpen besluiten buurtbewoners om de dorpskroeg te kopen, om sluiting te voorkomen. Dat gebeurt bijvoorbeeld bij Café Langelo in Drenthe, waar buurtbewoners door middel van donaties de plaatselijke kroeg kochten.[2]
     De voetballers, die bij de vorige editie één-na-laatste werden, komen vanavond in de dorpskroeg bijeen om naar de wedstrijd te kijken.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 september 2023 Weblink bron
    Erika de Joode
    “Corona-overtredingen melden via app: 'Mensen zelf aanspreken is spannend'” (Dinsdag 31 maart 2020, 16:41), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 september 2023 Weblink bron
    Laura Steenbeeke
    “Dorpskroegen verdwijnen, maar soms grijpen bewoners in” (Maandag 13 augustus 2018, 17:03), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 17 september 2023 Weblink bron “Limburgse bergdorp-voetballers afhankelijk van Oranje” (Dinsdag 13 oktober 2015, 07:49), NOS