beleefdheid
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: beleefdheid (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·leefd·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beleefdheid | beleefdheden |
verkleinwoord | (beleefdheidje) | (beleefdheidjes) |
Zelfstandig naamwoord
beleefdheid v
- een sociale vaardigheid, die de omgang in de maatschappij vergemakkelijkt
- De beleefdheid van de Britse passagiers op de Titanic heeft hen het leven gekost.
- ▸ Jeroen en Chantal grinnikten uit beleefdheid mee.[1]
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. een sociale vaardigheid, die de omgang in de maatschappij vergemakkelijkt.
Gangbaarheid
- Het woord beleefdheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "beleefdheid" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ “ (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht, ISBN 90-229-9182-2
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be