apathisch
Uiterlijk
- apa·thisch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | apathisch | apathischer | |
verbogen | apathische | apathischere | |
partitief | apathisch | apathischers | - |
apathisch [2]
- ongevoelig voor emoties
- lusteloos, inactief
- ▸ Zonder daarbij iets van zijn apathische houding te verliezen, stond Jeroen op van de bank.[3]
- Het woord apathisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "apathisch" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ apathisch op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “All-inclusive”
(2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht
, ISBN 90-229-9182-2
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel a- in het Nederlands
- Achtervoegsel -isch in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 97 %
- Prevalentie Vlaanderen 95 %