anschluss

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • an·schluss
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord anschluss -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de anschlussv / m

  1. (geschiedenis) benaming voor de Duitse annexatie van Oostenrijk in een "Groot-Duitsland" op 13 maart 1938 die kon rekenen op vrij algemene steun van de Oostenrijkse bevolking en werd voorbereid door de Oostenrijkse nazipartij
  2. aansluiting, (menselijk) contact
Vertalingen

Gangbaarheid

70 % van de Nederlanders;
60 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen