afdroogdoek
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afdroogdoek (hulp, bestand)
- IPA: /ˈɑfdroxduk/
Woordafbreking
- af·droog·doek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van afdroog ww en doek
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | afdroogdoek | afdroogdoeken |
verkleinwoord | afdroogdoekje | afdroogdoekjes |
Zelfstandig naamwoord
de afdroogdoek m
- (huishouden) een doek waarmee men kan afdrogen
- Pak je een afdroogdoek, dan kan je helpen afdrogen.
Synoniemen
Vertalingen
1. een doek waarmee men kan afdrogen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord afdroogdoek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.