afbetaling
Uiterlijk
- Geluid: afbetaling (hulp, bestand)
- af·be·ta·ling
- Naamwoord van handeling van afbetalen met het achtervoegsel -ing. [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | afbetaling | afbetalingen |
verkleinwoord | - | - |
de afbetaling v
- een geleidelijke betaling in termijnen
- De afbetaling van de schuld is erg belangrijk.
- ▸ Beide apparaten zijn contant betaald, je moet geen schulden maken, op afbetaling is niets voor ons.[2]
- afbetalingsmethode, afbetalingsregeling, afbetalingsstelsel, afbetalingssysteem, afbetalingstermijn, afbetalingswijze
1. een geleidelijke betaling in termijnen
|
- Het woord afbetaling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afbetaling" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ afbetaling op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044632767
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be