Zunge
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Duits
Uitspraak
- IPA:
Woordafbreking
- Zun·ge
Woordherkomst en -opbouw
Naar frequentie | 2210 |
---|
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | die Zunge | die Zungen |
genitief | der Zunge | der Zungen |
datief | der Zunge | den Zungen |
accusatief | die Zunge | die Zungen |
Zelfstandig naamwoord
Zunge, v
- tong
- «»
Uitdrukkingen en gezegden
- Ich muss mir auf die Zunge beißen.
Ik zal me inhouden.[1]
Afgeleide begrippen
Verwijzingen
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- Zun·ge
Zelfstandig naamwoord
Zunge
- vrouwelijk meervoud van Zung
Opmerkingen
Categorieën:
- Woorden in het Duits
- Woorden in het Duits van lengte 5
- Duitse woorden naar herkomst uit het Oudhoogduits
- Zelfstandig naamwoord in het Duits
- Woorden in het Pennsylvania-Duits
- Woorden in het Pennsylvania-Duits van lengte 5
- Woorden in het Pennsylvania-Duits met audioweergave
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Pennsylvania-Duits