Japanse sierkers
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- Ja·pan·se sier·kers
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van Japanse en sierkers
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Japanse sierkers | Japanse sierkersen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (bloemplanten) Prunus serrulata plant die van nature voorkomt in het gebergte van West-China, in Korea, in Japan, op het eiland Izu Oshima, het eiland Honshu en in het noordwesten van het eiland Hokkaido . Er zijn zeer veel verschillende cultivars voor aanplant in tuinen, straten, parken en plantsoenen. De cultivars worden vegetatief vermeerderd op zaailingen van Prunus avium of op de eveneens vegetatief vermeerderde onderstammen Prunus avium 'Colt' of MF 12/1
Synoniemen
- Japanse kerselaar (Vlaanderen)
Hyperoniemen
- prunus, rozenfamilie, zaadplanten, fabiden, rosiden, 'nieuwe' tweezaadlobbigen, bedektzadigen, landplanten, planten
Gangbaarheid
- Het woord 'Japanse sierkers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] Japanse sierkers in het Nederlands Soortenregister N
- [1] Japanse sierkers op Wikidata