Erlangers leeuwerik
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- Er·lan·gers leeu·we·rik
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van Erlangers en leeuwerik
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Erlangers leeuwerik | Erlangers leeuweriken |
verkleinwoord | Erlangers leeuwerikje | Erlangers leeuwerikjes |
Zelfstandig naamwoord
de Erlangers leeuwerik m
- (zangvogels) Calandrella blanfordi erlangeri een vogel uit de familie van de leeuweriken (Alaudidae). De vogel werd in 1906 als ondersoort van roodkapleeuwerik (C. cinerea) geldig beschreven en daarna werd de vogel vaak als aparte soort beschouwd. Volgens in 2016 gepubliceerd moleculair genetisch onderzoek is dit een ondersoort van Blanfords leeuwerik. Deze ondersoort is endemisch in Ethiopië
Hyperoniemen
- Blanfords leeuwerik, leeuweriken, zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
Gangbaarheid
- Het woord 'Erlangers leeuwerik' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.