D-toonladder

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  D-toonladder    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• D-toon·lad·der

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  d  en  toonladder 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	D-toonladder	D-toonladders
verkleinwoord	D-toonladdertje	D-toonladdertjes

Zelfstandig naamwoord

D-toonladder v/m

1. (muziek) een grotetertstoonladder met d als grondtoon

   • Stijgend zijn de tonen van de D-toonladder: d, e, fis, g, a, b, cis, d en dalend: d, cis, b, a, g, fis, e, d. 

Synoniemen

• D-majeurtoonladder, D-majeurtoonschaal

Antoniemen

• d-kleinetertstoonladder, d-mineurtoonschaal

Verwante begrippen

• akkoord, begintoon, finalis, grondtoon, interval, leidtoon, majeur, mineur, stamtoon, tonica

Vertalingen

    1. een grotetertstoonladder met d als grondtoon   

Duits: D-Dur-Tonleiter (de) v Engels: D-major scale (en)

Frans: gamme de ré majeure (fr) v

Gangbaarheid

• Het woord 'D-toonladder' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.