Beschreiwung
Uiterlijk
- Be·schrei·wung
- Naamwoord van handeling van het Pennsylvania-Duitse werkwoord beschreiwe "beschrijven" met het voorvoegsel be- en met het achtervoegsel -ung
enkelvoud (onbepaald) |
enkelvoud (bepaald) |
meervoud (onbepaald) |
meervoud (bepaald) | |
---|---|---|---|---|
nominatief | en Beschreiwung | die Beschreiwung | Beschreiwunge | die Beschreiwunge |
datief | re Beschreiwung | der Beschreiwung | Beschreiwunge | de Beschreiwunge |
accusatief | en Beschreiwung | die Beschreiwung | Beschreiwunge | die Beschreiwunge |
Beschreiwung, v
- beschrijving
- «Fer en echde gute Beschreiwung vun Lieb dreh ich zu en Buch es net vun Hallmark gschriwwe iss: die Biewel.»
- Voor een heel goede beschrijving van liefde neem ik een boek dat niet door Hallmark is geschreven: de Bijbel.
- «Fer en echde gute Beschreiwung vun Lieb dreh ich zu en Buch es net vun Hallmark gschriwwe iss: die Biewel.»