Naar inhoud springen

радуга

Uit WikiWoordenboek
enkelvoud meervoud
nominatief ра́дуга ра́дуги
genitief ра́дуги ра́дуг
datief ра́дуге ра́дугам
accusatief ра́дугу ра́дуги
instrumentalis ра́дугой, ра́дугою ра́дугами
locatief о ра́дуге о ра́дугах

радуга v

  1. regenboog
  • Latijnse transcriptie: ráduga