störande

Uit WikiWoordenboek

Zweeds

Uitspraak
Woordafbreking
  • stö·ran·de
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoordelijke gebruik van het onvoltooid deelwoord van het Zweedse werkwoord störa met het achtervoegsel -ande
Naar frequentie 10175
stellend vergrotend overtreffend
störande
-
-

Bijvoeglijk naamwoord

störande

  1. ergerlijk, hinderlijk, lastig, storend, vervelend
Verbuiging
  • Geen verbuiging
Typische woordcombinaties
  • [1]: störande, avbrytande rop
interruptie

Werkwoord

störande

  1. onvoltooid (tegenwoordig) deelwoord bedrijvende vorm van leva
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   störande     störandet     störanden     störandena  
genitief   störandes     störandets     störandens     störandenas  

Zelfstandig naamwoord

störande

  1. storing