zwartmaskerfrankolijn
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- zwart·mas·ker·fran·ko·lijn
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende samenstelling van zwart bn, masker zn en frankolijn zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwartmaskerfrankolijn | zwartmaskerfrankolijnen |
verkleinwoord | zwartmaskerfrankolijntje | zwartmaskerfrankolijntjes |
Zelfstandig naamwoord
de zwartmaskerfrankolijn v / m
- (hoendervogels) Pternistis atrifrons een vogel uit de familie fazantachtigen (Phasianidae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1930 door Henry Boardman Conover die hem beschreef als Francolinus atrifrons. Daarna werd de soort meestal als ondersoort beschouwd van de roestkopfrankolijn (P. castaneicollis)
Hyperoniemen
- roestkopfrankolijn, fazantachtigen, hoendervogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
Gangbaarheid
- Het woord 'zwartmaskerfrankolijn' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.