zonet

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zo·net
Woordherkomst en -opbouw

Bijwoord

zonet

  1. hiervoor, een ogenblik geleden
    • Ik heb dat zonet nog gedaan. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

89 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be