zeestraat

Nederlands

In de betekenis van ‘zee-engte’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1816 ^[1]
samenstelling van zee en straat

zeestraat v/m

een smalle doorgang tussen twee zeeën en daarmee tevens de scheiding tussen twee landmassa's
- In een drukbevaren zeestraat is gisteren een olietanker aan de grond gelopen.

1. een smalle doorgang tussen twee zeeën en daarmee tevens de scheiding tussen twee landmassa's

Het woord zeestraat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "zeestraat" herkend door:

95 %	van de Nederlanders;
91 %	van de Vlamingen.^[2]

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	zeestraat	zeestraten
verkleinwoord	zeestraatje	zeestraatjes