witkeelwaaierstaart
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- wit·keel·waai·er·staart
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende samenstelling van wit bn, keel zn en waaierstaart zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | witkeelwaaierstaart | witkeelwaaierstaarten |
verkleinwoord | witkeelwaaierstaartje | witkeelwaaierstaartjes |
Zelfstandig naamwoord
de witkeelwaaierstaart m
- (zangvogels) Rhipidura albicollis een zangvogel uit de familie Rhipiduridae (waaierstaarten). De vogel komt voor in Zuid- en Zuidoost-Azië
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'witkeelwaaierstaart' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.