winterkoningen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

moeraswinterkoning
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • win·ter·ko·nin·gen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord winterkoningen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de winterkoningenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord winterkoning
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (zangvogels) Troglodytidae op Wikispecies een familie van de zangvogels. De naam Troglodytidae (holbewoners) verwijst naar het foerageergedrag in donkere plekjes en holletjes en de bouw van een bolvormig nest met een kleine opening aan de zijkant, dat ook weer op een holletje lijkt
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen


Gangbaarheid

Meer informatie