windhaan

Uit WikiWoordenboek
De windhaan op Dom van Riga op Wikipedia (nl)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wind·haan
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord windhaan windhanen
verkleinwoord windhaantje windhaantjes

Zelfstandig naamwoord

de windhaanm

  1. (meteorologie) windwijzer in de gedaante van een haan
  2. iemand die met alle winden meewaait en voortdurend zijn standpunt wijzigt; een onstandvastig, wispelturig persoon; een huichelaar; een meeloper, een draaikont
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

92 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen