wederrechtelijk

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  wederrechtelijk    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• we·der·rech·te·lijk

Woordherkomst en -opbouw

• Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘onrechtmatig’ voor het eerst aangetroffen in 1596
• Samenstellende afleiding van weder en recht met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	wederrechtelijk	wederrechtelijker	wederrechtelijkst
verbogen	wederrechtelijke	wederrechtelijkere	wederrechtelijkste
partitief	wederrechtelijks	wederrechtelijkers	-

Bijvoeglijk naamwoord

wederrechtelijk

1. (juridisch) in strijd met het recht

Synoniemen

• onrechtmatig

Afgeleide begrippen

• wederrechtelijkheid

Verwante begrippen

• illegaal

Gangbaarheid

• Het woord wederrechtelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "wederrechtelijk" herkend door:

94 %	van de Nederlanders;
81 %	van de Vlamingen.