verzorgster

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  verzorgster    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ver·zorg·ster

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van verzorgen met het achtervoegsel -ster

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	verzorgster	verzorgsters
verkleinwoord	verzorgstertje	verzorgstertjes

Zelfstandig naamwoord

de verzorgster v

1. (beroep) een vrouwelijke verzorger

   • De vriendelijke verzorgster zorgde goed voor de oude dementerende man. 

Verwante begrippen

• kinderjuffrouw, kindermeisje

Hyponiemen

• bejaardenverzorgster, dierverzorgster, gezinsverzorgster, handverzorgster, interieurverzorgster, kinderverzorgster, kraamverzorgster, ziekenverzorgster

Gangbaarheid

• Het woord verzorgster staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verzorgster" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.