vervoerbaar
Uiterlijk
- Geluid: vervoerbaar (hulp, bestand)
- ver·voer·baar
- Naamwoord van handeling van vervoeren met het achtervoegsel -baar
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | vervoerbaar | vervoerbaarder | vervoerbaarst |
verbogen | vervoerbare | vervoerbaardere | vervoerbaarste |
partitief | vervoerbaars | vervoerbaarders | - |
vervoerbaar [1]
- (transport) vervoerd kunnende worden
- Het woord vervoerbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.